Nadat de spelers hun kaarten hebben gerangschikt doet de bankhouder
zijn kaarten open en rangschikt hij zijn kaarten. De croupier
rangschikt zijn kaarten altijd (als bankhouder of als speler) zijn
kaarten volgens een vaststaand stramien, de zogenaamde house way. Als
dat is gebeurd, worden alle handen vergeleken. En wel de hand met 5
kaarten van de bank met de hand met 5 kaarten van de speler en de hand
met 2 kaarten van de bank wordt vergeleken met de hand van 2 kaarten
van de speler. Heeft een speler beide handen hoger dan wint hij. Heeft
hij een hand hoger en de andere lager is het spel onbeslist. Heeft hij
één hand hoger en de andere precies gelijk (dit komt op de handen van 2
kaarten regelmatig voor) is het spel ook onbeslist. Precies gelijke
handen gaan in principe naar de bankhouder. Heeft een speler een hand
lager en de tweede precies gelijk dan verliest hij dus, evenals wanneer
beide handen lager zijn. Wint een speler, dan krijgt hij één keer zijn
inzet minus 5% uitbetaald.
voorbeeld: Speler A heeft A, Boer, 10, 9, 6 en Heer, Vrouw.
Speler B flush met klaveren Heer hoog en Aas, 2. Speler C heeft 5, 5,
Boer, 8, 3 en Heer, Vrouw. De bank heeft 5, 5, 10, 4, 2 en Heer, Vrouw.
Speler A heeft één hand lager en één precies gelijk en verliest. Speler
B heeft beide handen hoger dan de bank en wint. Speler C's hand met 5
kaarten is een fractie beter dan die van de bank en de andere is
precies gelijk, zijn spel is onbeslist, een zogenaamde push.